project

Radicaal nieuwe bronnen voor drinkwater

De drinkwatervoorziening in Nederland maakt als bron vooral gebruik van zoet grond- en oppervlaktewater. Uit deze bronnen wordt na inname of oppompen drinkwater geproduceerd via een centraal ingericht systeem van productielocaties en voorzieningsgebieden. Hoewel in de loop van de tijd variaties zijn ontstaan in de omgang met de bronnen (denk hierbij aan infiltratie en terugwinning en verschillende vormen van oevergrondwaterwinning) is de kern van het systeem onveranderd. Met de ontwikkeling in de zuiveringstechnologie neemt het aantal potentieel te benutten alternatieve bronnen echter toe.

Naast technologische ontwikkeling is er een maatschappelijke trend naar verduurzaming, decentralisatie en zelfvoorzienendheid. Het gebruik van alternatieve bronnen, decentralisatie en zelfvoorzienendheid bevinden zich in de drinkwatersector nog in een pril stadium en het klantvertrouwen in het centraal geleverde drinkwater is hoog. Investeringen in de drinkwatersector worden echter gekenmerkt door een lange tijdshorizon. Het is dan ook van belang om op tijd de potentie van deze ontwikkelingen en de gevolgen hiervan voor de drinkwaterbedrijven te onderzoeken.

Beschikbaarheid en kwaliteit van bronnen

In dit verkennend onderzoek is een groot aantal bronnen in kaart gebracht, met hun beschikbaarheid (kwantiteit) en kwaliteit. Daarnaast is bepaald hoe andere factoren (bijvoorbeld kosten, technische mogelijkheden, regulering en perceptie) het potentiele gebruik van deze bronnen beïnvloeden.

Gevolgen voor de drinkwatersector

In het tweede deel van het project is verder onderzocht onder welke toekomstscenario’s alternatieve bronnen gebruikt kunnen worden. Mogelijke scenario’s zijn:

  • Waterbesparing en decentrale voorzieningen
  • Circulaire economie
  • Een systeem onder druk door bijvoorbeeld klimaatverandering of bevolkingsgroei

Doelstelling

Dit project verkent de mogelijkheden en consequenties van het centraal of decentraal overschakelen op andere bronnen van drinkwater. Het gaat hierbij om een breed scala denkbare of nu zelfs nog ondenkbare bronnen zoals waterstof, hergebruik van effluent, permanente bemalingen, gebruik van regenwater, gebruik van zeewater (mobiel?), water als bijproduct (o.a. airco’s, koelkast, productie melkpoeder/suiker), gebruik van brakwater, gebruik van polderwater, mistvangers of luchtvochtigheid als bron. Hierbij is gekeken naar allerlei aspecten van verschillende decentrale zuiveringsprocessen, zoals de kosten, en de consequenties voor de drinkwatersector en de omgeving.

Podcast

Beluister ook de podcastaflevering met Sija Stofberg, waarin ze antwoord geeft op de vraag: “Waar komt ons water vandaan en wat zijn onze alternatieven?”